dinsdag, december 20, 2005

32. Weigerachtig Bureau Jeugdzorg veroordeeld tot voortvarende uitvoering "Omgangs-OTS"

Vooraf
Onderstaande uitspraak in Kort Geding tegen Bureau Jeugdzorg Alkmaar werd toegestuurd door Hans Groenewegen, waarvoor hartelijk dank.

Introductie en toelichting belang van de uitspraak
Het frustreren van afgesproken of door de rechtbank beschikte omgangsregelingen door zorgouders heeft in Nederland epidemische vormen aangenomen. Ca. de helft van de Nederlandse scheidingskinderen groeit hierdoor ontworteld, eenzaam en verlaten op, buitengesloten door hun zorg- of verblijfsouders van menselijk contact en omgang met de andere ouder en daarmee ook buitengesloten van de helft van zijn/haar familie, nl. de familie (opa's en oma's, tantes en ooms, neefjes en nichtjes) van de kant van die andere ouder. Het gaat bij dit probleem om ca. 560.000 kindeeren, ruim een half miljoen kinderen dus: door omgangsfrustratie en ouderverstoting van zorgouders groeit één op elk vijfde kind (meestal) vaderloos op. De gevolgen van deze noodsituatie zijn voor deze kinderen enorm.

Een centraal probleem bij afgesproken of beschikte omgangsregelingen is het ontbreken van goede "handhaving" daarop. Als de omgangsregeling door de zorgouder geblokkeerd wordt kan de andere ouder nergens anders terecht dan opnieuw naar de rechtbank stappen om in een nieuwe kostbare, langdurige en slopende procedure om "handhavingsmiddelen" te vragen.
De handhavingsmiddelen die de rechtbank daarbij levert zijn vervolgens vaak nutteloos en ineffectief. Ze werken niet, de omgangsouder wordt door de rechtbank met een kluit in het riet gestuurd.

"Omgangs-OTS"
Een van de vele tot nu toe nutteloze en alleen frusterende handhavingsmiddelen van de rechtbank is de zgn. "Omgangs-OTS".

Een OTS is een Onder Toezicht Stelling, een gezagsbeperkende maatregel. De ouder(s), waaronder ook de zorgouder houdt/houden het gezag over hun/haar kinderen, maar het gezag wordt wel beperkt. Spreekt de kinderrechter de ondertoezichtstelling uit, dan draagt hij de uitvoering van de ondertoezichtstelling op aan Bureau Jeugdzorg en een gezinsvoogdij-instelling.
Bureau Jeugdzorg en gezinsvoogdij instelling instelling houden toezicht op de minderjarige en zorgen dat aan de minderjarige en de met het gezag belaste zorgouder hulp en steun wordt geboden teneinde de bedreiging, waarvoor de ondertoezichtstelling werd uitgesproken, weg te nemen. Hoe Bureau Jeugdzorg en Gezinsvoogdijinstelling dat gaan aanpakken moet uitgewerkt worden in een wettelijk verplicht gesteld schriftelijk hulpverleningsplan of behandelplan.

Bij de Omgangs-OTS gaat het daarbij bovendien om een ondertoezichtstelling met een specifiek doel. De rechtbank schakelt Bureau Jeugdzorg in door het kind of de kinderen bij de zorgouder "onder toezicht te stellen" van Bureau Jeugdzorg met als opdracht om er zorg voor te dragen dat de omgang tussen het kind en de andere ouder tot stand komt.

De hulp en steun van jeugdzorg richt zich niet alleen op het kind, maar ook op het vergroten van de mogelijkheden van de ouders (zorgouder en omgangsouder) om hun kind te verzorgen en op te voeden. Jeugdzorg en gezinsvoogdij instelling zoeken daarbij naar mogelijkheden die het gezinsverband met de zorgouder in stand kunnen houden.

Middelen Bureau Jeugdzorg (Schriftelijke aanwijzingen en ontzetting)
Bureau Jeugdzorg krijgt met de OTS ook wettelijke middelen beschikbaar om een weigerachtige zorgouder te disciplineren en tot medewerking te dwingen.

Ter uitvoering van haar taak kunnen Bureau Jeugdzorg en gezinsvoogdij-instelling "schriftelijk aanwijzingen" geven over de verzorging en opvoeding van de minderjarige. Zorgouder en minderjarige moeten deze aanwijzingen opvolgen. Het in ernstige mate veronachtzamen van deze aanwijzingen door de ouder is een grond voor ontzetting uit het gezag van de omgangsfrusterende zorgouder en contraire gezagswijziging naar de omgangsouder door de rechtbank (art. 1:258 BW). Zie voor jurisprudentie over contraire gezagswijziging van zorgouder naar omgangsouder de uitspraak door het Gerechtshof Amsterdam in artikel 1 op deze website.

Nagelaten hulp of falende hulp(verleningsplicht) - Omitted assistance - Unterlassene Hilfeleistung

Bureau Jeugdzorg en gezinsvoogdijinstelling weigeren echter meestal om gebruik te maken van de hun ter beschikking staande dwangmiddelen om het doel van de OTS ook daadwerkelijk te bereiken. Men is bij jeugdzorg vaak niet overtuigd van de schadelijke effecten van omgangsfrustratie, schaart zich aan de kant van de weigerachtige zorgouder en blijft eindeloos pappen en nathouden (men noemt dat begeleiding en hulp) met weigerachtige zorgouders terwijl intussen het kind en de omgangsouder het nakijken hebben. Dat kan zomaar jaren duren terwijl er geen enkele omgang tot stand wordt gebracht.

Omdat het de wettelijke taak en plicht van jeugdzorg en gezinsvoogdijinstelling is haar middelen tot het hulp- of zorgdoel aan te wenden kan hier gesproken worden over falende en/of onvoldoende hulp- of zorginspanning.

Dat was ook de achterliggende mening van de Rechtbank Alkmaar toen zij in onderstaande beschikking in Kort Geding Bureau Jeugdzorg Alkmaar beval om op straffe van een dwangsom zijn medewerking te verlenen aan de door de Rechtbank te Alkmaar d.d. 16 november 2005 bepaalde omgangsregeling met nevenvorderingen, in die zin dat het eerste herstelcontact zal plaatsvinden op woensdag 7 december 2005 van 12.15 uur tot 15.45 uur, op straffe van verbeurte van een dwangsom van Euro 10.000,- voor iedere dag of gedeelte daarvan dat BJZ na betekening van dit vonnis, in gebreke blijft met de nakoming daarvan.

Peter Tromp
Fathercare Kenniscentrum

--------------------------------------------------------------------
Samenvatting uitspraak tegen Bureau Jeugdzorg Alkmaar:
LJN: AU7522,Voorzieningenrechter Rechtbank Alkmaar, 05-436
Datum uitspraak: 06-12-2005; Datum publicatie: 06-12-2005
Rechtsgebied: Personen-en familierecht; Soort procedure: Kort geding

Inhoudsindicatie: Vordering van eiseres om Bureau Jeugdzorg te bevelen mee te werken aan de omgangsregeling, toegewezen. Bureau Jeugdzorg dient de beslissingen van het Gerechtshof en de rechtbank te respecteren en na te komen. Er bestaat geen aanleiding om de dwangsom te matigen, gelet op de afwijzende houding die Bureau Jeugdzorg tot op heden in deze zaak ten aanzien van die rechterlijke uitspraken heeft aangenomen.

---------------------------------------------------------------------

Volledige uitspraak RECHTBANK TE ALKMAAR Sector civiel recht

KG nummer: 05-436
datum: 6 december 2005

Vonnis van de voorzieningenrechter, rechtdoende in kort geding

in de zaak van:

[eiseres],
wonende te Alkmaar,
EISERES IN KORT GEDING,
procureur mr. J.C. de Goeij,

tegen:

BUREAU JEUGDZORG N.H., AFDELING JEUGDBESCHERMING,
gevestigd te Alkmaar,
GEDAAGDE IN KORT GEDING.

Partijen zullen verder ook worden genoemd "[eiseres]" respectievelijk "BJZ".

1. HET VERLOOP VAN HET GEDING

Ter terechtzitting van 5 december 2005 heeft [eiseres] gesteld en gevorderd overeenkomstig de in fotokopie aan dit vonnis gehechte dagvaarding.

BJZ heeft bij monde van mr. M.E. Goverts, jurist, de vordering bestreden.

Na verder debat hebben partijen de stukken, waaronder van de zijde van [eiseres] de originele dagvaarding en van beide zijden pleitnotities, overgelegd en vonnis gevraagd.

De inhoud van alle stukken wordt als hier ingelast beschouwd.

2. DE UITGANGSPUNTEN

2.1 [eiseres] is gehuwd geweest met [ex-echtgenoot eiseres] (hierna ook: [ex-echtgenoot eiseres]). Tussen hen is bij beschikking van 15 juli 1999 de echtscheiding uitgesproken.

2.2 Uit het huwelijk van [eiseres] en [ex-echtgenoot eiseres] is op [geboortedatum] geboren de thans nog minderjarige [naam dochter].

2.3 [naam dochter] staat sedert november 2004 onder toezicht van BJZ. [naam gezinsvoogd] fungeert daarbij als gezinsvoogd. [naam dochter] verblijft sedert de echtscheiding bij [ex-echtgenoot eiseres].

2.4 Tussen [eiseres] en [ex-echtgenoot eiseres] is een aantal procedures aanhangig geweest omtrent een omgangsregeling tussen [eiseres] en [naam dochter]. Het Gerechtshof te Amsterdam heeft bij beschikking van 22 juli 2004, kort gezegd, bepaald dat [naam dochter] en [eiseres] recht op omgang met elkaar hebben, onder begeleiding van de gezinsvoogd of een vervanger en onder de voorwaarde dat [naam dochter] onder neutrale therapeutische behandeling wordt gesteld.

2.5 BJZ heeft nadien deze rechtbank enkele keren verzocht om de omgangsregeling op te schorten. De rechtbank heeft die verzoeken tweemaal gehonoreerd, waarbij de omgang in totaal gedurende zes maanden werd opgeschort.

2.6 Bij beschikking van 16 november 2005 van deze rechtbank is het verzoek van BJZ om te omgang nogmaals op te schorten, afgewezen. De rechtbank heeft daarbij, verkort weergegeven, bepaald dat er drie herstelcontacten tussen [naam dochter] en [eiseres] zullen plaatsvinden en dat de omgangsregeling daarna dient te worden uitgebreid. Hierbij is tevens bepaald dat de gezinsvoogd de omgang zal faciliteren. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

2.7 BJZ heeft aangekondigd niet mee te zullen werken aan de in voormelde beschikking vastgestelde omgangsregeling. Bij brief van 25 november 2005, gericht aan de ouders van [naam dochter], deelt BJZ mee dat zij van mening is dat de begeleiding van de omgang op deskundige, zorgvuldige en neutrale wijze dient plaats te vinden en dat zij in dat kader Bureau Visser & Van Lith heeft ingeschakeld.

3. DE VORDERING EN DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1 [eiseres] vordert, kort gezegd, BJZ te bevelen de beschikking van 16 november 2005 na te komen, op straffe van verbeurte van een dwangsom van Euro 10.000,- per dag dat BJZ daarmee in gebreke blijft, met veroordeling van BJZ in de kosten van het geding.

3.2 [eiseres] stelt zich op het standpunt dat BJZ gehouden is de beschikking van
16 november 2005 na te komen en dat er geen enkele reden is om Bureau Visser & Van Lith in te schakelen.

3.3 BJZ voert tegen de vordering aan dat de belangen van [naam dochter] voldoende gewaarborgd moet worden, waarbij zorgvuldig moet worden nagedacht over de voorbereiding van [naam dochter] op omgang met zijn moeder.

3.4 Partijen hebben hun wederzijdse standpunten nader uiteengezet, onder meer aan de hand van de overgelegde pleitnotities. Voor zover nodig voor de beslissing zal daarop hierna afzonderlijk en uitdrukkelijk worden ingegaan.

4. DE GRONDEN VAN DE BESLISSING

4.1 Het verweer van BJZ komt erop neer dat zij het niet eens is met de beschikking van de rechtbank, omdat [naam dochter] moet worden voorbereid op omgang met [eiseres] en omdat het belang van [naam dochter] met zich brengt dat de omgang plaatsvindt onder begeleiding van een neutrale deskundige.

4.2 Het verweer van BJZ faalt en daartoe wordt als volgt overwogen. Door in weerwil van de beschikking, die nog geen maand geleden is gegeven, erop aan te sturen dat de omgang onder begeleiding van een derde plaatsvindt en geleidelijker wordt opgebouwd dan door het hof en de rechtbank is beslist, legt BJZ beide uitspraken in feite naast zich neer en plaatst BJZ haar eigen oordeel daarmee boven dat van de rechterlijke macht. Niet valt in te zien op basis waarvan BJZ boven de wet geplaatst zou moeten worden. BJZ dient de beslissingen te respecteren en na te komen.

4.3 Daarnaast valt niet in te zien waarom begeleiding van de omgang door Bureau Visser & Van Lith noodzakelijk is. In de beschikking van 16 november 2005 heeft de rechtbank immers expliciet overwogen dat er reeds voldoende waarborgen aanwezig zijn om de contacten tussen [naam dochter] en [eiseres] op te starten. Er is derhalve geen enkele grond die de betrokkenheid van een derde, zoals Bureau Visser & Van Lith, bij de omgang rechtvaardigt. Verder is van belang dat de rechtbank, alvorens tot een beslissing te komen, zorgvuldig te werk is gegaan door contact op te nemen met de therapeut van [naam dochter], waarbij die laatste heeft verklaard neutraal te staan tegenover omgang. Hieruit moet worden afgeleid dat die therapeut geen bezwaar heeft tegen omgang tussen [naam dochter] en [eiseres]. Geenszins aannemelijk is dat die therapeut een dergelijke verklaring ook afgelegd zou hebben indien omgang thans in het geheel niet in het belang van [naam dochter] zou zijn geweest. De rechtbank overweegt in de desbetreffende beschikking voorts dat er geen reden is voor verdere opschorting van de omgangsregeling.

4.4 Op grond van het vorenstaande dient BJZ de beschikking, die uitvoerbaar bij voorraad is verklaard, na te komen en ligt de vordering voor toewijzing gereed. Gelet op de inhoud van brief van 24 november 2005 van de adjunct directeur van de school van [naam dochter], wordt daarbij bepaald dat de omgang dient plaats te vinden van 12.15 uur tot 15.45 uur.

4.5 In verband met de afwijzende houding die BJZ tot op heden in deze zaak ten opzichte van rechterlijke uitspraken ten toon heeft gespreid, bestaat er geen aanleiding de dwangsom te matigen.

4.6 BJZ wordt, als de in het ongelijk gestelde partij, veroordeeld in de kosten van het geding.

5. DE BESLISSING

De voorzieningenrechter:

- beveelt BJZ om zijn medewerking te verlenen aan de door de Rechtbank te Alkmaar d.d. 16 november 2005 bepaalde omgangsregeling met nevenvorderingen, in die zin dat het eerste herstelcontact zal plaatsvinden op woensdag 7 december 2005 van 12.15 uur tot 15.45 uur, op straffe van verbeurte van een dwangsom van Euro 10.000,- voor iedere dag of gedeelte daarvan dat BJZ na betekening van dit vonnis, in gebreke blijft met de nakoming daarvan;

- veroordeelt BJZ in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van [eiseres] begroot op Euro 329,60 aan verschotten en op Euro 816,- aan salaris procureur;

- verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.

Gewezen door mr. J.M. Vrakking, voorzieningenrechter van de Rechtbank te Alkmaar en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 6 december 2005 in tegenwoordigheid van mr. F. Vermeij, griffier.

4 opmerkingen:

  1. Sinds eind 2006 heb ik mijn oudste dochter niet meer gezien omdat de moeder dit verhindert en BJZ te slap is om in te grijpen. Mijn oudste minderjarige dochter staat onder toezicht. Uit bovenstaande jurisprudentie lijkt het lonend om BJZ te dwingen een contact te regelen. Graag reactie, ervaringen.

    Dennis

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Beste Dennis,

    I.v.m. je vraag adviseer ik je je in te schrijven op de email-nieuwsbrief Gescheiden Ouders en Kinderen bij deze website van Vader Kennis Centrum en je vraag daar voor te leggen.

    Je kunt je inschrijven op het webarchief van deze nieuwsbrief op de volgende url (copy and paste in je webbrowser): http://groups.google.com/group/Gescheiden-Ouders-en-Kinderen

    Je schijnt je ook te kunnen inschrijven door een blanco email te versturen op het volgende emailadres: mailto:Gescheiden-Ouders-en-Kinderen-subscribe@googlegroups.com

    Groet en succes,

    Peter Tromp
    Vader Kennis Centrum
    mailto:vaderkenniscentrum@gmail.com

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Vreemd, bij ons is het juist andersom, dochter wil niet naar vader toe omdat hij geen respect of opvoedingkwalificaties heeft tevens zeer kinderlijk is, Toch DWINGT Jeugdzorg dochter om naar hem toe te gaan met de mondelinge dreiging dat indien zij dit niet doet uit huis geplaatst te worden

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Dennis,


    Je kunt het natuurlijk proberen, maar Bureau Jeugdzorg en copsorten doen niet aan waarheidsvinding en in dat opzicht haal je jezelf nog al wat op je hals.

    Iedere negatieve uitbarsting van je kinderen, zelfs al is duidelijk dat het niet jouw schuld is, en je wordt als oorzaak aangewezen.

    Ze zijn er niet om jou of je kinderen te helpen, maar om geld te verdienen. Op wat voor manier maakt hun ook niet uit.

    Uiteindelijk kunnen ze ook niets, want bij aanhoudende strijd roept men uiteindelijk gewoon dat het verdelen van zorg- en opvoedingstaken de eigen verantwoordelijkheid is van de ouders.

    Ondertussen hebben ze jaren geld aan je verdiend. Dat is helaas de realiteit.

    Met consorten bedoel ik de rechtelijke macht, advocaten, en raad voor de kinderbescherming.

    Het is niet voor jan nop dat ouders die met dit 'recht' te maken krijgen door een hel gaan, en hun kinderen er bij.... je weet nooit wat hun mening is, en die kon nog wel eens zeer tegenvallen.


    Bezint eer ge begint.

    BeantwoordenVerwijderen