zaterdag, februari 25, 2012

372. Tientallen vaders door ex’en vals beschuldigd van misbruik of mishandeling (Kamervragen PVV)

Bron: PVV, 17 februari 2012
http://ikregeer.nl/documenten/kv-154273

Vragen van het lid Bontes (PVV) aan de minister van Veiligheid en Justitie over tientallen vaders die jaarlijks vals beschuldigd worden door ex’en van misbruik of mishandeling.

1.) Bent u bekend met het bericht ‘Aantijgingen vrouwen lastig aan te pakken(*)?

2.) Hoe komt het dat een moeder die een onjuiste aangifte doet van misbruik of mishandeling zelden wordt vervolgd, terwijl het Openbaar Ministerie juist heeft gesteld altijd over te gaan tot vervolging bij een valse aangifte van een zedenmisdrijf (**)?

3.) Deelt de minister de mening dat de gevolgen van een valse aangifte groot zijn? Zo neen, waarom niet? Zo ja, wat gaat u doen om deze misstanden een halt toe te roepen?

4.) Bent u voorts bereid om de gevolgen die een valse aangifte heeft op andere terreinen aan te pakken, zoals bijvoorbeeld in civiele procedures die zijn opgestart door de ex met betrekking tot de kinderen? Zo neen, waarom niet?

(*)‘Aantijgingen vrouwen lastig aan te pakken’, De Volkskrant, 16 februari 2012
(**) ‘Valse zedenaangifte altijd vervolgd’’, NOS, 28 januari 2012


Valse zedenaangifte altijd vervolgd
Bron: NOS Nieuws - zaterdag 28 jan 2012, 12:17

Justitie stelt voortaan altijd vervolging in bij een valse aangifte van een zedenmisdrijf. Dat heeft een woordvoerster van het Openbaar Ministerie gezegd.

Het doen van een valse aangifte is al strafbaar, maar tot nu toe bracht het OM zo'n zaak vaak niet voor de rechter.

Volgens justitie kost het natrekken van valse meldingen veel tijd en geld en is zo'n aangifte bovendien erg belastend voor degene die beschuldigd wordt.

"Zedenmisdrijven zijn zware feiten, zeker bij kinderen. Daarom zetten we er altijd zwaar op in", zegt officier van justitie Eva Kwakman. "Maar als je vals beschuldigd wordt van een zedenmisdrijf, dan heeft dat ook enorme gevolgen. Zowel emotioneel als voor je omgeving waarin je zit."

"Vaak wordt een valse aangifte gedaan door mensen die zelf klem zitten, psychische problemen hebben of uitvluchten zoeken in een situatie waarin ze terecht zijn gekomen", vertelt Kwakman.

De officier van justitie noemt het voorbeeld van een meisje dat te laat is thuisgekomen en op zoek moet naar een goede verklaring voor haar ouders.

Confronteren
"We zijn steeds beter geworden in het onderzoeken. Wij kijken niet alleen naar de aangifte, ook naar andere dingen die te onderzoeken zijn, zoals locaties en sporen", zegt Kwakman. "Dat betekent dat wij steeds beter zien als iets gewoon niet gebeurd kan zijn. Daar confronteren we aangevers nu mee."

Het geld en de tijd die met het onderzoeken van de valse aangiften verloren gaat, besteedt justitie liever aan zaken die echt gebeurd zijn, zegt Kwakman. "Want helaas gebeuren er veel zedenfeiten wel en daar zijn wij voor en daar willen wij ons op richten."

Justitie denkt dat er veel minder valse aangiftes komen als er altijd wordt vervolgd.

Trefwoorden Justitie, vervolging, zedenmisdrijf, valse aangifte

Audio

'Geld en moeite liever besteden aan dingen die echt gebeurd zijn'
Wie een valse aangifte doet van een zedenmisdrijf, wordt voortaan daadwerkelijk strafrechtelijk vervolgd. Officier van Justitie Eva Kwakman vertelt waarom er strenger wordt opgetreden.

_____
_____
Disclaimer: Vader Kennis Centrum (VKC) kan geen sluitend juridisch advies geven: neemt u hiervoor, als het zover komt, contact op met bijvoorbeeld een advocaat, notaris of de geëigende overheidsinstanties. VKC huldigt een eigen rechtsopvatting op een rechtsgebied dat in ontwikkeling is. Hoewel VKC de grootst mogelijke algemene zorg aan uw adviesverzoek en – in voorkomend geval - melding zal besteden, is VKC niet aansprakelijk voor de gegeven adviezen. Adviezen en reacties van VKC worden uitsluitend gegeven onder volledige uitsluiting van alle aansprakelijkheid van VKC voor de door haar gegeven adviezen en reacties.
_____
_____

371. Verplicht overwerken om alimentatie te betalen (Hoge Raad, LJN BU9850, 3 feb. 2012)

Hoge Raad reduceert vader tot werkslaaf en inkomstenbron; geen plek voor wettelijke plicht tot betrokken en gelijkwaardig vaderschap voor de kinderen

Verplicht meer werken om alimentatie te betalen

Bron: JuroFoon - 15-02-2012 | 149 reacties

Als je niet genoeg kinderalimentatie kunt opbrengen met je voltijdbaan, kun je gedwongen worden meer te gaan werken.

Hoe ver moet een kinderalimentatieplichtige gaan om volledig aan zijn onderhoudsverplichtingen te voldoen? Uit rechtspraak blijkt dat er veel van de alimentatieplichtige gevergd kan worden.

Toekomstige middelen
Om te bepalen hoeveel je als onderhoudsplichtige aan kinderalimentatie moet betalen, wordt gekeken naar je draagkracht. Daarbij wordt echter niet alleen rekening gehouden met de middelen waarover je beschikt, maar ook over de middelen waarover je zou kunnen beschikken. Onder omstandigheden kan daarom van je verlangd worden dat je meer gaat werken dan een 'normale' werkweek.

Meer uitgaven
Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als je extra lasten voor je rekening hebt gekregen, bijvoorbeeld door het stichten van een tweede gezin of het aangaan van aanzienlijke schulden. Je kunt dan door de rechter gedwongen worden meer te gaan werken om aan je alimentatieverplichting te voldoen. Hierbij moet uiteraard wel rekening gehouden worden met de in de Arbeidstijdenwet gestelde maxima.

Wat vind jij hiervan? Vind je het redelijk dat iemand meer dan 40 per week werkt om kinderalimentatie te kunnen betalen? Geef nu je mening in de poll!

Wil je meer weten over alimentatie, neem dan contact op met één van onze juristen.


Bron: Hoge Raad, 3 februari 2012, LJN BU9850 (o.a.)

Hoge Raad der Nederlanden, LJN: BU9850, Hoge Raad , 11/01097

Datum uitspraak: 03-02-2012
Datum publicatie: 03-02-2012
Rechtsgebied: Civiel overig
Soort procedure: Cassatie
Vindplaats(en): Rechtspraak.nl

Inhoudsindicatie:
Art. 81 RO. Verzoek tot vaststelling kinderalimentatie. Draagkracht. Oordeel hof dat van alimentatieplichtige gevergd kan worden dat deze naast zijn voltijdse dienstbetrekking inkomsten uit een nevenbetrekking verwerft.

Uitspraak 3 februari 2012

Hoge Raad der Nederlanden
RvdW 2012, 255
Eerste Kamer
11/01097
EV/IF

Beschikking

in de zaak van:

[Eiser],
wonende te [woonplaats],
EISER tot cassatie, verweerder in het incidenteel cassatieberoep,
advocaat: mr. R.W. van den Hoek,

t e g e n

[Verweerster],
wonende te [woonplaats],
VERWEERSTER in cassatie, verzoekster in het incidenteel cassatieberoep,
advocaat: mr. I.J. Pieters.

Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiser] en [verweerster].

1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. de beschikking in de zaak 355091/FA RK 09-10459 van de rechtbank 's-Gravenhage van 23 maart 2010;
b. de beschikking in de zaak 200.068.914.01 van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 8 december 2010.
De beschikking van het hof is aan deze beschikking gehecht.

2. Het geding in cassatie
Tegen de beschikking van het hof heeft [eiser] beroep in cassatie ingesteld. [Verweerster] heeft incidenteel cassatieberoep ingesteld. Het cassatierekest en het verweerschrift tevens houdende incidenteel cassatieberoep zijn aan deze beschikking gehecht en maken daarvan deel uit.
Partijen hebben over en weer geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De conclusie van de Advocaat-Generaal J.L.R.A. Huydecoper strekt tot verwerping van zowel het principale als het incidentele cassatieberoep, met compensatie van de kosten.

3. Beoordeling van de middelen in het principale en in het incidentele beroep
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4. Beslissing
De Hoge Raad:
in het principale en het incidentele beroep:
verwerpt het beroep.

Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, C.A. Streefkerk en G. Snijders, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer J.C. van Oven op 3 februari 2012.

Conclusie
Zaaknr. 11/01097
Mr. Huydecoper
Zitting van 16 december 2011

Conclusie inzake

[Eiser]
verzoeker tot cassatie

tegen

[Verweerster]
verweerster in cassatie

Feiten en procesverloop
1. Aanleiding tot dit cassatiegeding vormt een in december 2009 namens de verweerster in cassatie, [verweerster], in de eerste aanleg ingediend verzoek tot vaststelling van een onderhoudsbijdrage ten laste van de verzoeker tot cassatie, [eiser]. De bijdrage werd verzocht voor de minderjarige [de zoon], de zoon die uit het huwelijk van partijen in 1997 werd geboren. Dat huwelijk is in juli 2000 door echtscheiding ontbonden(1); maar partijen hebben na de datum van huwelijksontbinding nog geruime tijd - tot 2008(2) - in het kader van een affectieve relatie met elkaar verkeerd. Issam woont bij [verweerster].

2. In de eerste aanleg is [eiser] niet verschenen. Het verzoek van de kant van [verweerster] werd (dus) als onweersproken toegewezen.
Op het namens [eiser] ingestelde hoger beroep heeft het hof de in de eerste aanleg vastgestelde uitkering vastgesteld op lagere bedragen (met verschillende ingangsdata).

3. Namens [eiser] is tijdig(3) en regelmatig cassatieberoep ingesteld. Van de kant van [verweerster] is een verweerschrift ingediend, waarbij (onvoorwaardelijk) incidenteel cassatieberoep is ingesteld. [eiser] heeft een verweerschrift in het incidentele cassatieberoep laten indienen.

Bespreking van de cassatiemiddelen
1. In het principale cassatieberoep wordt in de eerste plaats geklaagd over een oordeel van het hof dat ertoe strekt, dat van [eiser] gevergd kan worden dat deze, naast de "voltijds"-dienstbetrekking die hij daadwerkelijk vervult, een zeker bedrag aan inkomsten uit een nevenbetrekking verwerft. Het middel bestrijdt dat iets dergelijks van een alimentatieplichtige gevergd zou mogen worden; en het voert aan dat bij dit oordeel onvoldoende rekening zou zijn gehouden met het feit dat tot het huidige gezin van [eiser] een jong kind behoort, en dat [eiser] een deel van de "zorgtaak" voor dit kind voor zijn rekening zou behoren te nemen. Ook wordt erop gewezen dat de zorg voor dit kind beperkingen oplegt aan de mogelijkheden van de nieuwe partner van [eiser] om inkomen te verwerven; ook dat zou het hof onvoldoende in zijn beoordeling hebben betrokken.

2. Bij de beoordeling van deze klachten moet uitgangspunt zijn dat de draagkracht van een alimentatieplichtige moet worden bepaald aan de hand van de middelen die deze daadwerkelijk ter beschikking heeft én de middelen waarover deze redelijkerwijs zou moeten kunnen beschikken(4).
Het principale middel strekt er vooral toe, dat de redelijkheid zou meebrengen dat van een alimentatieplichtige (andere mogelijke bronnen van draagkracht, zoals vermogen, buiten beschouwing gelaten) niet mag worden gevergd dat deze arbeidsinkomen verwerft in een omvang die uitgaat boven wat geldt voor de "normale" werkweek, zoals die in de Nederlandse samenleving gebruikelijk is.

3. Dat standpunt lijkt mij in zijn algemeenheid niet juist.
Ik denk dat het in veel gevallen wél zo zal zijn dat mag worden aangenomen dat de alimentatieplichtige die een volle werkweek aan het verdienen van een inkomen besteedt, daarmee datgene aan "draagkracht" inbrengt wat in redelijkheid van hem verwacht mag worden; maar ik denk ook dat er (heel wat) gevallen denkbaar zijn waarin van een alimentatieplichtige een grotere inzet mag worden verwacht.

4. Ik denk dan aan "bijkomende omstandigheden" als de volgende:
- in de werksituatie van de betrokkene is "overwerk" algemeen gangbaar, of minstens gebruikelijk. Dat kan ertoe bijdragen dat ook van de betrokkene mag worden verlangd dat hij die mogelijkheid benut;
- de betrokkene heeft lange tijd, zonder tekenen dat dat als uitzonderlijk of excessief werd ervaren of gevoeld, méér dan de met een "normale" werkweek gemoeide tijd gewerkt; en leefwijze, en ook de bestedingen voor hem en zijn naasten, zijn op de daarmee gepaard gaande tijdsindeling en op de daarmee gegenereerde inkomsten afgestemd geraakt;
- de betrokkene heeft bijzondere lasten voor zijn rekening gekregen, bijvoorbeeld door het stichten van een tweede gezin en/of door het aangaan van aanzienlijke schulden. In zo'n situatie kan het zo zijn, dat een méér dan "doorsnee" arbeidsinspanning van de betrokkene gevergd mag worden(5);

5. Welke omstandigheden van dien aard zijn dat die afwijking van de in alinea 3 als "gewoon" veronderstelde situatie rechtvaardigen, en hoe die omstandigheden in een gegeven geval gewaardeerd moeten worden is, naar zich opdringt, iets wat in overwegende mate ter beoordeling moet staan van de rechters in de feitelijke aanleg.
Ik zou denken dat er geen aanleiding is om aan de motivering van een oordeel als hier bedoeld, "verzwaarde" eisen te stellen. Een dergelijk oordeel moet dus voor de lezer, inclusief de "hogere" rechter, duidelijk maken langs welke weg de rechter daartoe is gekomen; waarbij niet kan worden verlangd dat alle aangevoerde argumenten afzonderlijk worden genoemd en gewaardeerd (6).

6. Bij deze beoordeling komen natuurlijk ook argumenten aan de orde die "aan de andere kant" gewicht in de schaal leggen. Het middel noemt als zodanig, dat de betrokkene in redelijkheid mag verlangen, over tijd te beschikken om voor zijn kinderen te kunnen zorgen.
Ook weging van zulke argumenten is (overwegend) feitelijk van aard; maar daarbij is nog wel deze vanzelfsprekendheid uit te spreken, dat het aan de partijen is om die argumenten aan te dragen en zonodig feitelijk te onderbouwen. Het ligt niet op de weg van de rechter om die ambtshalve te onderzoeken - integendeel, in art. 24 Rv. ligt besloten dat de rechter dat niet behoort te doen.

7. Het middel legt de nadruk op twee specifieke argumenten: het al even aangestipte argument van de behoefte aan zorg voor het inmiddels geboren kind (waarbij zowel zorgtaken aan de kant van [eiser] als aan de kant van zijn nieuwe partner worden aangestipt); en het argument dat niet verwacht zou mogen worden dat [eiser] méér werktijd aanwendt, dan overeenkomt met de maxima die de Arbeidstijdenwet voorschrijft.

8. Beide genoemde (groepen van) argumenten zijn in de feitelijke instanties niet naar voren gebracht (er wordt dan ook niet verwezen naar vindplaatsen in de stukken, waar die argumenten zouden zijn aangevoerd). Voor beide argumenten geldt daarom, dat het hof niet gehouden was, die in zijn beoordeling te betrekken.
Wat het aan de Arbeidstijdenwet ontleende argument betreft geldt nog dit, dat het hof in rov. 7 is uitgegaan van verhoging van het bruto jaarinkomen van [eiser] met € 4.000,-, naast diens "reguliere" inkomen van ca. € 33.700,-/jaar. Dat betekent een extra verdienste naar rato van ongeveer 12%. Verhoging van de "standaard" arbeidstijd met ongeveer 12% levert nog lang geen overschrijding van de bij de Arbeidstijdenwet gestelde maxima op. Dat accentueert, dat het hof ook geen aanleiding had om zich uit eigen beweging te verdiepen in de vraag of dit probleem aan de orde kon komen.

9. Aan de hand van deze beschouwingen kom ik ertoe, het principale middel als ongegrond te beoordelen.

10. Het incidentele middel bevat een tweeledige klacht, gericht tegen het feit dat het hof bij zijn beoordeling rekening heeft gehouden met de lasten in verband met een schuld van [eiser].
In de eerste plaats wordt geklaagd dat het hof een onbegrijpelijk oordeel zou hebben gegeven omdat de schuld in kwestie van de kant van [verweerster] wél zou zijn betwist. Uit het verweerschrift en het proces-verbaal van de mondelinge behandeling in appel(7) blijkt echter niet van stellingen die het hof moest opvatten als een - inhoudelijke, gemotiveerde - betwisting van het bestaan van deze schuld of van de gerechtvaardigdheid van het aangaan daarvan(8). Dat geldt ook voor de stellingen die in het middel worden aangehaald.

11. Verder wordt geklaagd op het thema dat het hof in aanmerking had moeten nemen dat aan de aanspraak op "kinderalimentatie" een zeker mate van voorrang toekomt boven andere op de debiteur rustende verplichtingen(9).
Deze klacht lijkt mij ondeugdelijk. Blijkens HR 18 november 2011, RvdW 2011, rechtspraak.nl LJN BU4937, rov. 3.5.3, kan er vooralsnog rechtens niet van uit worden gegaan dat aan aanspraken op levensonderhoud van kinderen een zekere voorrangspositie ten opzichte van andere schulden toekomt. Het hof heeft dan ook terecht het hier verdedigde argument niet aanvaard(10).

12. Daarom lijkt ook het incidentele middel mij niet gegrond.

Conclusie
Ik concludeer zowel in het principale als in het incidentele cassatieberoep tot verwerping, met compensatie van de kosten.

De Procureur-Generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden

Voetnoten
[1] Wanneer partijen getrouwd zijn, blijkt niet uit de stukken. Het is voor de beoordeling in cassatie ook niet van belang.
[2] Dit gegeven ontleen ik aan alinea 3 van het inleidend verzoekschrift. Het is volgens mij niet weerproken.
[3] De beschikking van het hof is van 8 december 2010. Het cassatierekest is op 4 maart 2011 ingekomen.
[4] HR 5 december 2008, NJ 2009, 2, rov. 3.4.2; Personen- en Familierecht (losbl.), Wortmann, art. 397, aant. 1 (onder "b. Draagkracht"); De Bruijn-Lückers, Alimentatieverplichtingen, 2011, p. 43; Koens - Van der Linden, Kind en scheiding, 2010, p. 193; Asser/De Boer I*, 2010, nr. 624.
[5] Ik meen dat de hier verdedigde gedachte(n) steun vindt/vinden bij Keijser, Handleiding bij scheiding, 2003, p. 125 en bij De Boer, noot bij HR 2 december 1994, NJ 1995, 287, alinea 8, aangehaald in voetnoot 13 bij de conclusie voor HR 21 december 2007, NJ 2008, 28. Zie ook de beslissing van het hof, beoordeeld in HR 24 december 2010, RvdW 2011, 42, rechtspraak.nl LJN BO1816.
[6] Dit is, meen ik, ook tot uitgangspunt genomen in de conclusie van A - G Langemeijer voor HR 27 mei 2011, NJ 2011, 255; waarin eveneens een oordeel over de "bijverdien-capaciteit" van de alimentatieplichtige aan de orde was. De Hoge Raad deed deze zaak met toepassing van art. 81 RO af.
[7] In de eerste aanleg is, om voor de hand liggende redenen, de schuld van [eiser] niet aan de orde geweest.
[8] Men kan daarentegen het betoog van de kant van [verweerster] ook zo opvatten, dat het bestaan van deze schuld (expliciet) werd erkend - wat trouwens ook voor het betoog in de voorlaatste alinea van het incidentele middel geldt.
De aan de partijstandpunten in de feitelijke instanties te geven uitleg is, voeg ik ten overvloede toe, aan de rechters in feitelijke aanleg voorbehouden, zie o.a. HR 18 november 2011, RvdW 2011, 1422, rechtspraak.nl LJN BS1706, rov. 3.4.2; HR 28 oktober 2011, RvdW 2011, 1315, rechtspraak.nl LJN BQ9880, rov. 3.3.2.
[9] Zoals uit de normen, geformuleerd door de Werkgroep alimentatienormen van de NVvR, in de wandeling bekend als het "Tremarapport", zou zijn af te leiden. Ik neem aan dat - mede - gedoeld wordt op par. 4.7.2 van het "Tremarapport". Andere delen van dit rapport die voor de hier te onderzoeken vraag van betekenis zijn heb ik niet aangetroffen. In par. 18 van de toelichting (hfdst. 6 van het rapport) leest men bevindingen die niet sporen met het namens [verweerster] in cassatie verdedigde (en die wel sporen met de hierna in alinea 11 aangehaalde beslissing van de Hoge Raad).
[10] Ik kan er dan aan voorbijgaan dat, anders dan het incidentele middel lijkt te veronderstellen, de in het Tremarapport neergelegde normen niet kunnen gelden als "recht" in de zin van art. 79 RO en dat de rechter bij het vaststellen van alimentatie niet aan deze normen, die het karakter van een aanbeveling hebben, gebonden is; zie bijvoorbeeld Asser/De Boer I*, 2010, nr. 627.

_____
Disclaimer: Vader Kennis Centrum (VKC) kan geen sluitend juridisch advies geven: neemt u hiervoor, als het zover komt, contact op met bijvoorbeeld een advocaat, notaris of de geëigende overheidsinstanties. VKC huldigt een eigen rechtsopvatting op een rechtsgebied dat in ontwikkeling is. Hoewel VKC de grootst mogelijke algemene zorg aan uw adviesverzoek en – in voorkomend geval - melding zal besteden, is VKC niet aansprakelijk voor de gegeven adviezen. Adviezen en reacties van VKC worden uitsluitend gegeven onder volledige uitsluiting van alle aansprakelijkheid van VKC voor de door haar gegeven adviezen en reacties.
_____

maandag, februari 20, 2012

370 Uitzending netwerk grootouders zonder kleinkinderen

Beste lotgenoten, maar ook zeker grootouders,

Het is even terug, maar ook 18 juni 2009 ging Netwerk al over grotouders die hun kleinkinderen niet meer zien, toen was het dus net als nu al een hot-Item. En nog steeds is er niets gebeurt.
Ik kan alleen maar zeggen, ga grootschalig je kleinkind aanmelden. En zoals in een moeder die onherkenbaar in de uitzending zegt: onze privacy wordt geschonden. Dikke bullshit, ook bij benzine stations mag de dader van een misdrijf aantoonbaar geplaatst worden. Dit misdrijf wat zulke ouders doen, is vele malen erg, ontvoering, kindermishandeling, pas noem het maar op. Het moet afgelopen zijn met de macht van dit soort ouders.
Je kunt op de onderstaande link klikken (kopieeren en plakken) om de uitzending te bekijken! (of gewoon bovenaan op de titel te klikken)

http://player.omroep.nl/?aflID=9653653&start=00:06:20&end=00:14:17

Ook mijn moeder Thaila Sanders, die ook ongetwijfeld op dit bericht zal reageren, zoekt zoveel mogelijk grootouders, die hun kleinkind ook niet meer zien, om haar massaal te steunen bij de rechtbank 8 maart a.s. te Leeuwarden. Ik de vadre Johan Claus, zal er ook zijn om voor mijn zoontje Jori te knokken, want net als een vader heeft elk elk kind recht op een oma en/of opa, vergeert niet mensen dat juist deze opa's en oma's de warme thuishaven van de kinderen horen te zijn. We hopen met deze actie ook veel media aandacht te krijgen 8 maart in Leeuwarden, dus geef het door. Maak het bekend. Het moet afgelopen zijn!

Met vriendelijke groet Johan Claus, vader van Jori en zoon van Thaila.
_____
_____
Disclaimer: Vader Kennis Centrum (VKC) kan geen sluitend juridisch advies geven: neemt u hiervoor, als het zover komt, contact op met bijvoorbeeld een advocaat, notaris of de geëigende overheidsinstanties. VKC huldigt een eigen rechtsopvatting op een rechtsgebied dat in ontwikkeling is. Hoewel VKC de grootst mogelijke algemene zorg aan uw adviesverzoek en – in voorkomend geval - melding zal besteden, is VKC niet aansprakelijk voor de gegeven adviezen. Adviezen en reacties van VKC worden uitsluitend gegeven onder volledige uitsluiting van alle aansprakelijkheid van VKC voor de door haar gegeven adviezen en reacties.
_____
_____

zondag, februari 12, 2012

368. Op TV geweest over Jeugdzorg - Directeur Gerritsen van Jeugdzorg Amsterdam wil harde aanpak ouders

Op TV geweest over Jeugdzorg:

Get Microsoft Silverlight Bekijk de video in andere formaten.
Het item over Jeugdzorg begint als derde item op ca. 28 min. 20 sec. (28:20) van de uitzending. U kunt ook op de titellink klikken voor de uitzending van de Brandpunt Documentaire

Jeugdzorg - Liefdevolle verwaarlozing
KRO Brandpunt - Jeugdzorg – Uitzending van 12-02-2012 22:15 op TV op NL 2.

Reportage uit Uitzending Brandpunt 12 februari 2012

Deze drie zeer controversiële uitspraken komen uit de mond van Erik Gerritsen, directeur Jeugdzorg Amsterdam:
• Broertjes en zusjes van jonge criminelen verplicht onder toezicht van jeugdzorg.
• Verslaafde moeders moeten na de geboorte direct hun kind afstaan.
• En verstandelijk gehandicapten die niet voor hun kinderen kunnen zorgen verplicht aan de prikpil.

Volgens hem moet er veel sneller vooraf ingrepen worden in plaats van wachten totdat een kind al beschadigd is. Liesbeth Staats over de keuze om in te grijpen of toe te kijken.

Mvg Johan Claus
_____
_____
Disclaimer: Vader Kennis Centrum (VKC) kan geen sluitend juridisch advies geven: neemt u hiervoor, als het zover komt, contact op met bijvoorbeeld een advocaat, notaris of de geëigende overheidsinstanties. VKC huldigt een eigen rechtsopvatting op een rechtsgebied dat in ontwikkeling is. Hoewel VKC de grootst mogelijke algemene zorg aan uw adviesverzoek en – in voorkomend geval - melding zal besteden, is VKC niet aansprakelijk voor de gegeven adviezen. Adviezen en reacties van VKC worden uitsluitend gegeven onder volledige uitsluiting van alle aansprakelijkheid van VKC voor de door haar gegeven adviezen en reacties.
_____
_____

zaterdag, februari 11, 2012

367 Oproep gesloten - Oproep (voor 12 februari 2012) & Nuttige Info over Jeugdzorg

Oproepgedeelte gesloten

Beste Allemaal,

Zoals jullie mischien al gelezen hebben maakt mijn moeder zich sterk om ook als grootouder haar recht te halen voor haar enigste kleinzoon. Ook zei helpt mij belangrijk nieuws en informatie op het internet te verzamelen.
Bij deze dan ook 2 linkjes over een oproep voor 12 februari 2012, en een blogspot over veel van Jeugdzorg.

http://www.argusoog.org/platform-argwaan-argusogen-op-de-waanzin-van-jeugdzorg-12-februari-2012/#respond

Door op de tital link te klikken komt u op de de blogspot van Jeugdzorg.

Beslist belangrijk te lezen, en nu met zijn allen de handen ineen te slaan.
Met vriendelijke groet

Johan Claus





_____
_____
Disclaimer: Vader Kennis Centrum (VKC) kan geen sluitend juridisch advies geven: neemt u hiervoor, als het zover komt, contact op met bijvoorbeeld een advocaat, notaris of de geëigende overheidsinstanties. VKC huldigt een eigen rechtsopvatting op een rechtsgebied dat in ontwikkeling is. Hoewel VKC de grootst mogelijke algemene zorg aan uw adviesverzoek en – in voorkomend geval - melding zal besteden, is VKC niet aansprakelijk voor de gegeven adviezen. Adviezen en reacties van VKC worden uitsluitend gegeven onder volledige uitsluiting van alle aansprakelijkheid van VKC voor de door haar gegeven adviezen en reacties.
_____
_____

maandag, februari 06, 2012

366. TV uitzending grootouders zonder kleinkinderen

Beste Allemaal,

Gisteren is er een uitzending geweest op RKK Kruispunt TV geweest met als onderwerp: "Grootouders zonder kleinkinderen". Mijn moeder (grootouder van haar kleinkind) zal 8 maart hierover een zitting hebben. Dus we wachten in spanning af.

Voor grootouders is de komst van kleinkinderen een bekroning van hun ouderschap, maar niet voor iedereen. In Kruispunt TV het verhaal van grootouders die al langere tijd hun kleinkind niet hebben gezien.

De uitzending was eerst terug te zien door op de titellink te klikken, maar blijkt inmiddels helaas door RKK verwijderd te zijn.

Mvg Johan Claus

_____
Grootouders zonder kleinkinderen
RKK Kruispunt TV - @ RKK.nl - Uitzending NEDERLAND 2: Zondag 5 februari 2012 - 23.00 uur

Grootouders zonder kleinkinderen - Deel 1 van 2 - Uitzending van 5 februari 2012 RKK Kruispunt


Grootouders zonder kleinkinderen - Deel 2 van 2 - Uitzending van 5 februari 2012 RKK Kruispunt


Colofon Grootouders zonder kleinkinderen
•    Redactie: Joyce van Akkeren
•    Verslaggeving: Hanneke van Laar
•    Camera: Stijn Brinkmann
•    Geluid: Ton von der Möhlen
•    Productie: Saskia Hesseling
•    Editor: Erwin van Dijk

Voor veel grootouders is de komst van kleinkinderen een bekroning van hun ouderschap. Toch gaat dit niet op voor alle grootouders. In de praktijk blijken veel opa’s en oma’s geen contact meer te hebben met hun kleinkinderen, omdat het contact met hun kind is verstoord of als gevolg van een echtscheiding. En steeds meer huwelijken stranden. In 86% van de echtscheidingen blijven de kinderen met hun moeder in de oorspronkelijke woning wonen en gaat vader de deur uit. Het aantal grootouders dat daardoor het contact verliest met de kleinkinderen, groeit daardoor ook. In Kruispunt TV het verhaal van grootouders die al langere tijd hun kleinkind niet meer hebben gezien.

Onbeschrijfelijke last
Oma Riek heeft twee van haar kleinkinderen twee jaar geleden voor het laatst gesproken. Ze wonen in hetzelfde dorp en Riek komt ze regelmatig tegen. Maar hen aanspreken kan ze niet. “Het is een onbeschrijfelijke last die er altijd is. En dat er bewust voor is gekozen, doet zo’n pijn”.


Oma Riek - Foto: RKK

Nooit in het echt gezien
Oma Janny en opa Chris hebben hun kleindochter nog nooit in het echt gezien. Ze is zes jaar geleden geboren, nadat hun zoon en zijn zwangere vriendin hun relatie hadden verbroken. Het enige dat Janny en Chris van haar hebben, zijn wat babyfoto’s die ze op Hyves hebben gevonden. ’Het is echt een taboe, je krijgt zo weinig begrip of erkenning van anderen. Uit angst voor jouw reactie, heeft niemand het erover.’


Oma Tiny - Foto: RKK


Kleinkind vergeten
Hetzelfde overkwam min of meer oma Tiny en opa Huub. Hun zoon heeft weliswaar een heel beperkte omgangsregeling met zijn achtjarige zoontje in Duitsland, maar de moeder van zijn kind stelt het niet op prijs dat haar kind dan ook opa en oma uit Nederland ontmoet. ’Ze zeggen weleens tegen mij: moeten jullie gewoon dat kind niet vergeten, dat zou toch makkelijker zijn voor jullie en je zoon? Maar hoe kan je je kleinkind nou vergeten?!’

Innerlijk verscheurd
Else-Marie van den Eerenbeemt, familietherapeut: ‘Grootouders raken innerlijk verscheurd als de kinderen het contact verbreken. Ze mogen hun kleinkind niet meer zien en dat is verschrikkelijk voor grootouders om mee te maken.’ Oma Riek: ‘Het heeft lang mijn leven beheerst. Nu proberen we alles gewoon voort te zetten, je moet de plussen in je leven weer zien te vinden. Maar het blijft schrijnend…’


Else-Marie van den Eerenbeemt - Foto: RKK


Extra informatie
•    Tips Else-Marie van den Eerenbeemt
•    Else-Marie van den Eerenbeemt over familie en nieuwe liefdes

Externe links
•    Kleinkindonbereikbaar.nl


_____
Disclaimer: Vader Kennis Centrum (VKC) kan geen sluitend juridisch advies geven: neemt u hiervoor, als het zover komt, contact op met bijvoorbeeld een advocaat, notaris of de geëigende overheidsinstanties. VKC huldigt een eigen rechtsopvatting op een rechtsgebied dat in ontwikkeling is. Hoewel VKC de grootst mogelijke algemene zorg aan uw adviesverzoek en – in voorkomend geval - melding zal besteden, is VKC niet aansprakelijk voor de gegeven adviezen. Adviezen en reacties van VKC worden uitsluitend gegeven onder volledige uitsluiting van alle aansprakelijkheid van VKC voor de door haar gegeven adviezen en reacties.
_____
_____